March 27

Is het een TOS of TOA?

0  comments

Een stoornis is iets anders dan een achterstand

Bij één op de twintig kinderen wordt een TOS, een taalontwikkelingsstoornis, vastgesteld. Zoals eerder beschreven in mijn blog Mijn kind heeft geen stoornis, zijn veel ouders uit niet-westerse culturen, niet bekend met de term stoornis.

Maar zou het ook kunnen dat wij er met de diagnose TOS soms naast zitten omdat we misschien met een te westerse blik naar kinderen uit andere culturen kijken?

TOS

TOS, een taalontwikkelingsstoornis, wordt steeds bekender in Nederland. Mensen met TOS hebben moeite met praten en het begrijpen van taal. Het valt bijvoorbeeld op dat iemand onduidelijk spreekt, verkeerde werkwoordvormen toepast, kromme zinnen maakt, onsamenhangend vertelt en moeite heeft om passende woorden te vinden.
Laten dat nu net ook kenmerken zijn die bij een taalachterstand kunnen voorkomen …

TOA

Een TOS en een TOA (taalontwikkelingsachterstand) hebben dus een aantal dezelfde aspecten. Het verschil met TOS is dat een TOA te verklaren is: een kind dat nog maar kort in Nederland is, heeft tijd nodig om een nieuwe taal te leren. Nu wordt er wel gezegd dat kinderen die vanuit een ander land naar Nederland komen, binnen drie jaar de Nederlandse taal moeten beheersen. Als dat niet zo is, wordt er nog weleens gedacht aan TOS.

Taalregels

In elke taal gelden regels. De Nederlandse taal zit er vol mee. En niet alleen met regels, er zijn ook veel uitzonderingen. Waarom is fietsen in de verleden tijd fietsten maar bij zwemmen zwommen?
Als je een nieuwe taal leert, pas je vaak de taalregels uit je moedertaal toe. Dan zeg je bijvoorbeeld: Ik ga boodschappen maken. Er zijn methodes waarmee de spraakontwikkeling van de moedertaal wordt getest, maar die koppelen niet de zinsopbouw van de moedertaal aan de Nederlandse taal.

Gezinssituatie

Veel gezinnen met een niet-westerse achtergrond, zijn groot. Met vijf kinderen en werkende ouders, is er weinig tijd om alle kinderen aandacht te geven. Soms is er ook weinig geld en zijn ouders druk met ‘overleven’. Onderzoek toont aan dat van de 2,5 miljoen mensen die moeite hebben met lezen en schrijven, veertig procent een migratieachtergrond heeft. Met een leescultuur zijn deze gezinnen vaak niet bekend.

Een cultuursensitieve blik

Hoe kijk jij naar een kind dat moeite heeft met taal? Heb je kennis over de thuistaal en de syntaxis van die taal en neem je die mee in je onderzoek? Houd je rekening met de thuissituatie bij het vaststellen van een stoornis of een achterstand?
In de gesprekken die ik als cultuurtolk met scholen en ouders voer, komen deze vragen regelmatig naar voren. Meestal komen we samen tot passende antwoorden voor het kind. Een uitzondering daar gelaten natuurlijk 😉


Misschien vind je deze artikelen ook leuk...

De oom van Lerato

De oom van Lerato
Plaats een comment

Your email address will not be published. Required fields are marked

{"email":"Email address invalid","url":"Website address invalid","required":"Required field missing"}